Inhoudsopgave
Bijgewerkt – 20 januari 2023
Opleiding
SmartHome gebruikt apparaten, actuatoren en sensoren om toestanden te registreren en te verwerken. Ze hebben een ingebouwde radiomodule met een individuele en unieke identificatiecode waardoor deze duidelijk herkenbaar is.
Om apparaten met een controlecentrum te laten communiceren, moeten ze aan elkaar bekend worden gemaakt.
Hiervoor moet rechts in de RaspberryMatic-gebruikersinterface op de knop “Apparaat leren” worden geklikt.

Er gaat een nieuw venster open. Als het te trainen apparaat geen Homematic HmIP-component is, klik dan op de knop “Teach in HM device”, anders klik je op “Teach in HmIP device”.

U heeft nu 60 seconden de tijd om de leerknop van het betreffende apparaat in te drukken, dat vervolgens een radiotelegram naar het luistercontrolecentrum stuurt dat uw eigen identificatiecode bevat en zich zo aan het controlecentrum kenbaar maakt.
Als dit leerproces succesvol is geweest, wordt het apparaat nu gevonden in de inbox, aangegeven met het label “Inbox (1)”.
postvak IN
Het nieuw geregistreerde apparaat wordt weergegeven in de inbox en kan worden geconfigureerd door op de rechterknop “Instellen” te klikken.
Apparaten afleren/verwijderen
Als er zich een fout voordoet, een apparaat moet worden vervangen en nog steeds toegankelijk is vanuit het controlecentrum, kan het worden afgeleerd.
Om het afleren af te leren, roept u in het menu “Instellingen” het overzicht “Apparaten” op en klikt u rechts op de knop “Verwijderen”.

In het volgende dialoogvenster kunt u het apparaat nu uit het controlecentrum verwijderen door op de rechterknop “Verwijderen” te klikken.
Als het apparaat niet langer toegankelijk is, moet u na de mislukte poging om het te verwijderen “Verwijderen uit het controlecentrum” in het dialoogvenster selecteren en het permanent verwijderen door op de knop “Verwijderen” te klikken.
