Inhoudsopgave
Bijgewerkt – 18 april 2023
De GX Tank 140 van Victron maakt de aansluiting mogelijk van maximaal vier tanksensoren met stroom- of spanningsgestuurde meetuitgang, evenals de spanningsgestuurde sensoren van CBE die vaak in campers worden geïnstalleerd.
Sensoruitgang (CBE)
- bruin (GND -)
- wit (V+)
- groen (signaal V uit +)
Sensoringang (GX Tank 140)
- 1 – wit (V uit +)
- 2 – groen (signaal IN +)
- 3 – bruin (GND -)
bekabeling
Voor het aansluiten van de sensor op het betreffende klemmenblok van de GX Tank 140 Controle lijn LiYCY afgeschermd 4 x 0,25 mm2 aanbevolen. Indien mogelijk moet het kabeltraject worden gekozen met een parallelle afstand tot bestaande kabels.
Houd er rekening mee dat voor de sensoren op klemmenstroken I en II op het linker tweepolige klemmenblok een externe voeding moet worden aangesloten die vergelijkbaar is met die van de gebruikte sensoren (bijvoorbeeld 5 V of 12 V DC).
Klemmenblokken II en IV worden daarentegen intern voorzien van 24 V DC.
De aansluiting is 1:1, dwz op klemmenstrook I van de GX Tank 140 moet aansluiting 1 worden aangesloten op de eerste van links met de witte kabel, de middelste met groen en de rechter met bruin. Voor de blokken II .. IV geldt dezelfde aansluitvolgorde, op voorwaarde dat identieke sensoren zijn aangesloten.
configuratie
Zodra de Victron GX Tank 140 via een permanent aangesloten USB-kabel is aangesloten op de Victron Cerbo GX, kan de configuratie worden uitgevoerd via het Victron Cerbo GX touchpanel Instellingen
en de nieuwe apparaatinvoer.
Is de invoer Aangesloten
met Ja
bezet, vindt u hieronder naam
de sensor kan worden voorzien van een individuele naam. Als u op het pijltje linksboven klikt, gaat u een niveau terug.
Onder het menu-item Instellen
Er kunnen nog meer instellingen worden gemaakt:
Dit punt is nuttig voor het controleren van de functionaliteit Sensorwaarde
. Als de tank gedeeltelijk gevuld is, moet hier een spanningswaarde worden weergegeven. Als er 0,0 V staat, is de sensoraansluiting of de 5 V-voeding niet aanwezig.
De tweepolige 5 V-klem lijkt zo nu en dan contactproblemen te veroorzaken. Om te testen moet de kabel die op het klemmenblok is aangesloten, worden gecontroleerd op continuïteit voordat deze op de voeding wordt aangesloten.
De plus-aansluiting heeft een weerstand tegen de Vuit-verbindingen. De negatieve lijn heeft continuïteit op alle andere GND-verbindingen. Als hier een onderbreking wordt gedetecteerd, moet de bijbehorende kabel van de klemmenstrook worden verwijderd, indien nodig langer van de isolatie worden ontdaan en opnieuw worden aangesloten, of een grotere aderdoorsnede van 0,5 ... 0,75 mm2 gebruiken.
Moet in principe worden ingesteld Tankinhoud
en dat Vullend medium
, evenals de spanningswaarde wanneer de tank vol is (meestal overeenkomend met de voedingsspanning van de sensor).
In het totaaloverzicht zien de vulniveaus er dan als volgt uit: